Het is vrijdagavond, vandaag was het laatste onderzoek. Tenminste, dat hopen we, in ieder geval voor nu. Dus nu is het wachten op de uitslagen en Het Plan. En waar ik eerst dacht dat maandag a.s te krijgen ben ik daar nu niet zo zeker meer van. Wordt vervolgd, hopelijk snel volgende week.
Ik wil het nu graag hebben over een paar andere dingen die we hebben ervaren deze week…
Een van die dingen is dat we voor het eerst echt goed de nadelen van een groot ziekenhuis tegen zijn gekomen.
Na de eerste uitslag, twee weken geleden, is besloten dat er meer onderzoek gedaan diende te worden alvorens we overgaan tot een behandeling. Logisch. En goed. Dat betekende wel dat er nog meer artsen bij betrokken zouden worden. Goed opletten dat alle disciplines ook van elkaar weten wie wat doet. Al die disciplines werken echt hard voor me. Alleen, iedere discipline werkt toch ook een beetje voor of, liever gezegd, op zichzelf.
Zo had ik deze week twee MRI’s, eentje aangevraagd door de KNO arts en eentje door de longarts. Twee verschillende, en die twee konden niet samen, vanwege technische MRI redenen. Oke, dat is dan zo. Dus dat werden twee verschillende dagen. Gelukkig wel in één week, wat, een week na de aanvraag van vrijdag, best heel snel was.
Waar ik hoopte a.s maandag, tijdens de afspraak met de oncoloog, de uitslagen te krijgen, blijkt dat nog niet heel vanzelfsprekend.
De gewoonte is: aanvragend arts geeft de uitslag. In principe. Behalve als die met vakantie is. Bijvoorbeeld. Dan mag een vervanger dat doen. En natuurlijk moet de longarts ook op vakantie ( of naar een congres, een bijscholing of wat dan ook) kunnen. Maar, denk ik dan, dan zou, in plaats van een longarts die ik niet ken en die mij niet kent, toch ook de oncoloog me uitslag kunnen geven? Poli gebeld, gevraagd. Ja, geen gekke vraag mevrouw. Dank je wel. Maar kan het dan ook? Nou nee, dat doen we eigenlijk nooit. En de afspraak met de vervangende longarts kan helaas pas later…sorry.
Dit, en nog een paar op het oog misschien ‘minor issues’ gaven mij begin deze week een boel frustratie en dus ook stress. Gelukkig werkt er op de poli van mijn neuroloog een dijk van een verpleegkundige en die heb ik, op advies van mijn lief, gebeld. Het haar uitgelegd en gevraagd of zij het één en ander wilde gaan coördineren om te proberen er een beetje lijn in te houden en dingen logisch te laten verlopen.
Zij had aan een half woord genoeg, ging aan de slag en belde mij binnen het half uur terug met wat afgesproken was. Beloofde vervolgens ook alles in de gaten te houden. Pfff, dat scheelde een slok op een borrel!
Iets anders dat we tegen kwamen maar wat toch ook een beetje met bovenstaande te maken heeft, is de attitude van mensen. Ik vind het een beetje een beladen woord, maar wat ik bedoel is de manier waarop je als werknemer in het ziekenhuis mensen tegemoet treedt. Daar krijg je, als aankomend verpleegkundige al les over in de opleiding.
Andere disciplines zullen dat ongetwijfeld ook nu veel meer krijgen dan vroeger misschien, voor mijn gevoel wordt er wel meer aandacht aan je houding besteed. En ik ervaar nu aan den lijve van de andere kant hoe veel het uitmaakt.
Bijvoorbeeld:
als ik een CT scan heb, waar veel van afhangt, dan zijn zowel mijn lief als ik best gespannen. Als daar dan iemand in de deur opening staat die mijn rolstoel vrij direct omdraait om me mee te nemen en tegen mijn lief, die allerlei vragen heeft, enkel zegt ‘u mag niet verder dan deze deur’ (de deur van de wachtkamer) ‘maar u kunt mevrouw over twee uur hier weer ophalen’, dan is dat niet fijn, dan gaat dat niet altijd even goed. En dan is dat niet raar, dat dat niet goed gaat.
Als ik vervolgens, eenmaal achter die dikke deur, daar in nog geen vijf minuten drie mensen aan mijn bed zie, die allemaal een klein dingetje bij me komen doen, zich niet voorstellen en verder niks zeggen, word ik er niet rustiger op…
Als je daarentegen, zoals vandaag, wordt binnengeroepen en degene die dat doet zegt, ‘Ah mevrouw de Wit, daar bent u al weer, da’s ook snel na dinsdag, hoe gaat het?’ dan komt dat heel anders over. Zo’n MRI is niet echt comfortabel maar als dat eerlijk wordt gezegd door de verpleegkundige, die vervolgens nog het één en ander suggereert om hem wel zo comfortabel mogelijk te maken (een warme deken, een koptelefoon met muziek) helpt dat wel goed. En vraag je zelf ook veel gemakkelijker. Het zijn volgens mij kleine dingen, maar ik heb deze week een paar keer aan den lijve ervaren hoe verschrikkelijk belangrijk dat is.
En ik weet dat ik op het moment hypergevoelig ben wat dat aan gaat. Op alle slakken zout leg wellicht. Doordram. Snel in tranen ben. Ook.
Maar weet je, zo is het even. Dat heeft een reden en ik kan en wil me nu over dat soort dingen niet druk maken. En dat geldt voor mij, maar ook voor mijn lief. En voor die vrouw wiens vader opgenomen is. Die meneer die zich zo bezorgd maakt om zijn kind wat maar zo’n rare kleur heeft. Voor zoveel meer mensen die dagelijks in en uit lopen in een ziekenhuis, met redenen waarnaar we alleen maar kunnen gissen.
En als je er werkt spreken heel veel dingen voor zichzelf. Dat weet ik uit ervaring. Maar ik weet nu ook uit ervaring: niet altijd als het om jezelf gaat. Of om iemand die je lief is. En al weet je het wel, al ben je zelf arts of verpleegkundige, door stress kan je veel vergeten of onjuist horen.
Dus: Onthoud iemands naam. Toon belangstelling, iemand is meer dan een patient. Leg dingen uit. Vertel dat je de vraag snapt, waarom het wel of niet kan en kom met een alternatief of iets wat daarop lijkt. Doe dat één keer, en als het moet gewoon nog twee, drie keer.
Het mag overbodig lijken, dit pleidooi. Dat is het misschien ook, maar als dat zo is: alleen maar goed! Want het is ongelofelijk belangrijk, en je kunt er iemands dag mee maken of breken.
Amen. 🙏
En dank je wel. 🙂
Hoi Marloes,
Ik heb weer met belangstelling je bericht gelezen, goed geschreven en leerzaam. Ondanks de moeilijke aanleiding blijkt het heel nuttig te zijn een ziekenhuisbehandeling nu noodgedwongen van twee kanten te bekijken, of je dat nu wilt of niet. En dan is het heel nuttig als je dat, zoals jij, goed kunt verwoorden en op schrift kunt stellen. Leerzaam ook voor anderen, zowel in als buiten het ziekenhuis. Ga zo door! En sterkte! Voor jullie allebei (of alle vier of alle zes!).
LikeLike